Taalnazi

’s Ochtends rekenen, ’s middags taal. Zo zag een doorsnee dag eruit op de basisschool. Een ochtendmens ben ik nooit geweest. Was het daarom dat rekenen mij niet lag? Wat had ik een hekel aan die cijfers en sommen, ik kon niet wachten tot de ochtend voorbij was. Taal vond ik leuk. Taal is wat mensen verbindt, de manier om je gevoelens te uiten en te communiceren met anderen. Die gedachte intrigeerde me al vanaf zesjarige leeftijd. Toen ik een jaar of tien was schreef ik mijn eerste verhaal. Het was een thriller over een jongen die ’s nachts allerlei avonturen beleefde. De titel luidde: ‘Eng verhaal’. Oké, dat was voor verbetering vatbaar…

taal

ik zie heus wel hoe menigeen de wenkbrauwen optrekt als ik bij het splitsen van de rekening mijn toevlucht neem tot mijn calculator app.

Het staat nog helder in mijn geheugen gegrift hoe de juf van de derde klas ons tot in den treure spelling en grammatica probeerde bij te brengen. Ik hoor het haar nog zeggen: ‘ik krijg geen T, jij krijgt T, hij krijgt T, maar ik krijg geen T’, doelend op de werkwoordsvervoegingen. Hoe vaak ze dat mantra in de klas ook herhaalde, voor heel veel klasgenoten mocht het niet baten.

Op de middelbare school werd mijn liefde voor taal nog groter. Helaas groeide mijn haat voor exacte vakken net zo gestaag. Mijn klassendocente noemde me een unicum: op mijn rapport stonden achten en negens voor de talen en vieren en vijven voor de exacte vakken. Niks ertussen.

Sinds die tijd is er veel veranderd, maar een aantal dingen is hetzelfde gebleven. Nog steeds grijp ik voor het simpelste sommetje naar de rekenmachine en ik ben maar al te blij met de calculator app op mijn smartphone. Ook mijn passie voor taal is gebleven. En wat nog meer onveranderd is gebleven, is het feit dat het merendeel van de Nederlanders nog steeds moeite heeft met spelling. En heel eerlijk gezegd raak ik daar soms een beetje gefrustreerd van. Want ik zie heus wel hoe menigeen de wenkbrauwen optrekt als ik bij het splitsen van de rekening mijn toevlucht neem tot mijn calculator app. Maar intussen is het wel maatschappelijk geaccepteerd dat onze taal verloedert. ‘Ik wordt niet goed van me moeder’ is immers een heel normale zin? Ik geef het toe, ik ben een taalnazi. Maar kom op, zo moeilijk is het toch niet? Voor iedereen die er moeite mee heeft, zal ik het nog één keer voordoen:

De chateaubriand ruikt aangebrand.
Aad versmaadt het wildgebraad.
Fred wedt om een nepbiljet.
De held wordt geveld op de vuilnisbelt.
Aleid verspreidt de calamiteit.
Wijnand landt in het weideland.
Piet verbiedt de nederwiet.
Bart verwart zijn nageslacht.

En als ook dit niet helpt, Genootschap Onze Taal heeft een gratis app waarmee je je spelling kunt checken. Dan hoeft taalminnend Nederland zich niet meer te ergeren aan tenenkrommende WhatsAppjes en voel ik me niet meer zo hopeloos als ik stiekem mijn calculator app om hulp vraag. Mooi geregelDT. Toch? 😉

5 gedachtes over “Taalnazi

  1. Dineke

    Liefde voor taal zit in de familie hé! Ik weet niet hoe Jan z’n cijfer voor rekenen was!
    “die is net zo oud als mij!!”is ook zo’n tenenkrommende hé!
    Gr. Dineke

    Like

  2. Oei, ik durf bijna niet te reageren want dan komt er een corrector langs op mijn blog. Ik was in taal aardig goed. In rekenen ook, dus heb een beetje van beide talenten. Helaas zie ik soms een grammaticale fout over het hoofd in mijn blogstukjes. Meestal een kwestie van haast, of er zo lang aan geschaafd hebben dat ik de fouten niet meer zie…

    Like

Plaats een reactie