“Wat voel je dan, als je tics hebt?” vraagt Suze. We zitten op een terras in de zon en ik heb haar zojuist deelgenoot gemaakt van mijn leven met Tourette. Ja, hoe voelen tics eigenlijk? In mijn hoofd probeer ik een antwoord te formuleren, maar ik kan de juiste woorden niet vinden.
“Een kriebel? Jeuk?” probeert ze.
“Zoiets, het is moeilijk uit te leggen. Een beetje alsof je moet niezen. Ken je het gevoel dat je moet niezen, maar het lukt niet?”
“Ah ja, dat is vet irritant.”
“Dat ongeveer. Je wilt iets doen om dat gevoel kwijt te raken, en dat lukt alleen maar als je al je kracht erin gooit.”
“Jeetje meid. Vervelend lijkt me dat, om altijd met dat gevoel rond te lopen.”
“Nou ja, niet altijd gelukkig. Het bouwt zich meestal op gedurende de dag. En soms zijn er dagen dat ik geen last heb. Dan volstaat een zacht snufje, in plaats van een niesbui.”
Er zijn dagen dat ik me in een pollenveld tijdens het hooikoortsseizoen waan en er zijn ook dagen dat ik mijn longen kan vullen met schone, zuurstofrijke lucht alsof ik me op een bergtop in Zwitserland bevind.