76 Jaar is ze, mijn moeder. Ze is het type vrouw dat met weinig tevreden is. Ze wordt gesierd door eenvoud, niet door opsmuk. Ze zorgt het liefst voor anderen en van druktes moet ze niks hebben, ze blijft liever thuis. Behalve vandaag. Vandaag is een bijzondere dag, want het koningspaar brengt een bezoek aan ons dorp. En daarvoor maakt mijn moedertje graag een uitzondering. Want zij heeft ons koningshuis altijd al een warm hart toegedragen en volgt de ontwikkelingen van de koninklijke familie op de voet.
Netjes gekleed, met haar haren in model gebracht en vol goede moed stapt ze voor me uit naar het dorpsplein, waar het koninklijke paar een half uur later zal arriveren. Het hele dorp is uitgelopen voor deze feestelijke gelegenheid en nerveus zoekt moeder naar een plaatsje vanwaar ze goed zicht zal hebben op de koning en koningin. Mijn moedertje is maar klein moet je weten, dus ze is blij wanneer ze een plaatsje vindt vrij ver vooraan. Een twintigtal minuten later is het zover. Vlaggetjes wapperen en er klinkt gejuich, het hoge bezoek komt aangereden. Op het moment dat het koningspaar uitstapt wordt ons zicht echter compleet ontnomen door enkele jongedames voor ons die op het dranghek gaan staan. Moeders ontsteltenis is groot. Ze probeert nog door bij één van de dames op de schouder te kloppen. “Jongedames?” vraagt ze vriendelijk, “zouden jullie op de grond willen gaan staan zodat de mensen achter je ook wat kunnen zien?” maar haar poging is tevergeefs. Gewapend met smartphones die hoog boven hun hoofden uittorenen om het moment vast te kunnen leggen, negeren de dames alles wat er achter hen gebeurt.
Een paar minuten later is de teleurstelling duidelijk voelbaar. De koning en koningin zijn het dorpshuis in gegaan zonder dat we ze hebben kunnen zien. Moeder kijkt beteuterd. Ze had haar koningin zo graag een keer in het echt gezien en nu heeft ze haar kans gemist. Ik voel met haar mee, ik weet hoe graag ze het had gewild. Ontnuchterd druipen we af. We zullen het moeten doen met de beelden die vanavond op tv verschijnen. Tenzij… we gewoon blijven wachten tot het koningskoppel weer naar buiten komt. Het is tenslotte lekker weer, wat hebben we te verliezen?
We besluiten ons geluk te beproeven en we zoeken naar een goed plekje bij de uitgang van het gebouw. We vinden een rustig plaatsje bij een dranghek waar nog niemand staat. We staan hier wel in de schaduw en dat maakt het een stuk kouder, maar we staan nu wel vooraan; het zal ons geen tweede keer gebeuren dat we niets kunnen zien door mensen voor ons. Nu is het afwachten of de koninklijke auto zometeen ook daadwerkelijk hier langs komt rijden. We verbijten de kou en vol spanning wachten we af. Even aarzelen we nog of we niet een stukje verderop zullen gaan staan, daar vormt een groep wielrenners een erehaag en daar zal de auto misschien nog even vaart minderen. Maar daar is het dan ook een stuk drukker en dus besluiten we ‘ons plekje’ vooraan niet meer op te geven.
We tellen de minuten af. We weten ongeveer hoelang het bezoek zal duren en het paar kan nu elk ogenblik naar buiten komen. De laatste vijf minuten kijk ik wel tien keer op mijn telefoon om te zien hoe laat het is. Moeder kijkt opgewonden om zich heen. En dan wordt ons wachten beloond en is het moment daar. Deuren gaan open, mensen juichen en het paar stapt in de auto. Ronkende politiemotoren gaan de koninklijke auto voor. Langzaam komt de wagen dichterbij. Ik leg m’n arm om moeders schouder en vol verwachting turen we samen naar de achterbank. Wie zal er aan deze kant zitten en zullen we uberhaupt iets kunnen zien? We wachten met ingehouden adem tot de auto ons passeert.
En dan… lijkt de tijd even stil te staan. Vanonder een statige zwarte hoed kijken de twee meest vriendelijke ogen ons aan. Koninklijke handen zwaaien ons toe en de warmste glimlach begroet ons hartelijk. De auto rijdt stapvoets en daardoor zien we haar beter en langer dan we hadden durven hopen. Haar liefdevolle uitstraling ontroert ons en we voelen ons haast betoverd door haar schoonheid. Op dit moment is zij alleen van ons, Máxima, hare majesteit, onze koningin. Dan vermeerdert de auto vaart en verdwijnt ze uit ons zicht. Een golf van warmte vloeit door mijn lichaam. Ik ervaar een moment van pure blijdschap. Mijn geluk is compleet als ik m’n moeder uitgelaten hoor roepen: “Oh, wat is ze móói en wat hebben we haar goed kunnen zien!” Wat bijzonder dat ik deelgenoot was van deze mooie ervaring. ‘Ons moment’ met de koningin, maar vooral de blijdschap van mijn moeder maakt dat dit een dag is met een gouden randje. Een herinnering om nooit te vergeten.